Actualiteit, AI en duurzaamheid: dit zien leerlingen graag terug in de les
Wat vinden leerlingen belangrijk als het gaat om onderwijsvernieuwing? Onderzoeksbureau Young Works...
Lees meer
Onderwijspsycholoog Paul A. Kirschner weerlegt broodjes-aap. In het boek Jongens zijn slimmer dan meisjes bespreekt hij 35 onderwijsmythes. Vechten tegen de bierkaai, want veel onderwijsmythes verspreiden zich zowel via het lerarenonderwijs als in de dagelijkse praktijk van scholen – waar leraren elkaar ‘helpen’ en onwaarheden doorvertellen.
Paul A. Kirschner is emeritus-hoogleraar Onderwijspsychologie aan de Open Universiteit, eredoctor aan de University of Oulu in Finland en gastprofessor aan Thomas More Hogeschool in België. Ook was hij lid van de Onderwijsraad en bekleedt hij andere functies, waaronder gastspreker op het gebied van leren en onderwijs. Kirschner publiceerde 400 wetenschappelijke artikelen en 14 boeken. Daarnaast schrijft hij blogs en opiniestukken voor vak- en dagbladen.
Edukwakzalvers verkopen feiten loze verhalen
Het doel van Kirschners werk is: goed onderwijs leren maken en broodje-aap-verhalen bestrijden. Vanuit zijn achtergrond als opgeleid docent en onderwijspsycholoog, kruist hij regelmatig de degens met zelfbenoemde ‘onderwijsgoeroes’; hij noemt ze edukwakzalvers. Want zij verkopen met mooi klinkende maar feitenloze verhalen, letterlijk en figuurlijk onzin aan politici, beleidsmakers, schoolhoofden, docenten en ouders. Denk bijvoorbeeld aan: Braintraining, Leerstijlen, Multitasking en Digitale Natives.
Mensen geloven van alles, ook zonder bewijs. Homeopathie, astrologie, naturopathie, parapsychologie, antivaxx. In het onderwijs bestaan veel mythes over neurologie (‘left / right brained’, wij gebruiken slechts 10% van onze hersenen) en over leerstijlen. Mensen die deze mythes omarmen zijn niet dom of slecht opgeleid. Ze zijn vaak zéér goed opgeleid. Het concept van Leerstijlen wordt zelfs door circa 90% van de leraren in Nederland gelooft, terwijl het niet klopt.
De leerpiramide bestaat niet! Het is een mythe
Iedereen in het onderwijs kent de leerpiramide. De leerpiramide bestaat in verschillende versies, die je regelmatig op congressen, in workshops en op sociale media ziet. Het is een verleidelijk plaatje. Belangrijk echter: de leerpiramide bestaat niet! Het is een hardnekkige mythe. Nog lang niet iedereen in het onderwijs weet dit.
Broodje-aap-verhalen zijn verhalen die aannemelijk klinken en die je graag wílt geloven. Wat dan gebeurt: jij ziet kinderen van alles doen: chatten, gamen, leren, muziek luisteren … Op het oog kunnen zij dit allemaal tegelijk en zonder problemen. Je gaat denken dat jonge mensen prima kunnen multitasken. Je verzuimt jezelf kritische vragen te stellen zoals ‘Kan ik de krant lezen en tegelijkertijd een inhoudelijk gesprek voeren?’ Nee, natuurlijk niet. Maar het resulteert in leuke projecten met hippe namen, want ook onderwijsadviseurs zijn gevoelig voor dit soort bedrog.
Publiek denkt dat leerlingen kunnen multi-tasken
“Kom ik ergens om mijn verhaal te vertellen, dan begin ik op achterstand. Ik heb last van onderwijsmythes. Mijn publiek denkt nog altijd dat leerlingen daadwerkelijk het beste leren door te doen/ontdekken of dat leerlingen effectief kunnen ‘multitasken’. En erger nog, je hebt een groep mensen die sceptisch is geworden om de verkeerde reden. Niet omdat ze niet kritisch zijn, maar omdat ze al dat uitproberen zonder effect, zat zijn. Ze zijn door alle onzin innovatie moe, wat het nog moeilijker maakt om goede innovaties in te voeren.” Meer over onderwijsmythes, lees je hier.
Het onderwijs zou moeten inspelen op leerstijlen die verschillend zouden zijn voor verschillende leerlingen. Sommige mensen leren visueel het beste, anderen auditief en weer andere kinesthetisch (in combinatie met beweging). “Ik houd bijvoorbeeld van tabellen en figuren, mijn collega Jan van letterwoestijnen.” Behalve veel boeken en artikelen, bestaat inmiddels een volledige bedrijfstak die meetinstrumenten verkoopt om de leerstijl van leerlingen/studenten te ‘bepalen’ en hen lesmethodes die zich daarop richten te verkopen.
Leervoorkeuren bestaan wel, maar of die leiden tot effectief leren?
Bedrijven verkopen workshops en conferenties om docenten te leren hoe zij hun manier van lesgeven in lijn kunnen brengen met de leerstijlen van hun leerlingen. Het probleem is dat (1) leerstijlen niet bestaan maar wel -voorkeuren, (2) leervoorkeuren niets zeggen over wat goed of slecht is voor het leren, en (3) het gebruik van zogenoemde leerstijlen kan leiden tot het ‘doden’ van leren. Hier heeft Kirschner veelvuldig over gepubliceerd. Meer over de weerlegging van deze mythe, lees je hier.
“Met informatiemanagement leer je het kaf van het koren scheiden. Je leert informatie vastleggen, beheren, en het met anderen op effectieve en efficiënte wijze delen”, vindt Kirschner. Hij constateert in zijn onderzoeken, en zelfs onder zijn studenten, dat de vaardigheden die we leerlingen meegeven, niet toereikend zijn. “Leerlingen zijn in staat om globaal te zoeken op het internet, maar niet gericht. Ze zijn goed in copy-paste. Maar ze zijn niet goed in staat om de informatie goed te beoordelen. Leerlingen vragen zich (net als hun leraren) te weinig af: “Is dit een broodje aap-verhaal of klopt het echt?”
Besteed meer aandacht aan een stevig fundament van kennis en vaardigheden
Wat moeten scholen volgens Kirschner dan wel doen? “De kennis en vaardigheden die we kinderen nu al meegeven, moeten we koesteren en versterken. Dat fundament blijft van groot belang. Stevige kennis- en basisvaardigheden zijn de kern voor het verdere leren. Besteed meer tijd aan de algemene vorming van het kind; geef hen een kennisfundament waarop ze verder kunnen bouwen.” Om leerlingen te bereiken moeten we het onderwijs een beetje aanpassen. “Maar het is een evolutie, geen revolutie met nieuwe vakken en nieuwe inhoud.”
Kirschner ziet het onderwijs achteruitgaan
In een aflevering (8 februari 2018) van de podcast Onder wetenschappers meldt Kirschner niet alleen slecht nieuws: ‘Ondanks alle tegenspoed, is het onderwijs in Nederland nog steeds goed. Redelijk goed. We hebben nog steeds genoeg kappers en automonteurs.’ Nu, vijf jaar later, is hij minder positief. ‘Ik vind het onderwijs matig en achteruitgegaan.’ Paul Kirschner deelt zijn werk op zijn eigen website en regelmatig op LinkedIn, zoals bijvoorbeeld vorige week een stuk over mobieltjes op school. Soms geeft hij ook lezingen met zijn dochter Femke Kirschner. Zij is adviseur, trainer en onderzoeker in het onderwijs.
Verdiep je hier in het werk van grote pedagogen.
Wat vinden leerlingen belangrijk als het gaat om onderwijsvernieuwing? Onderzoeksbureau Young Works...
Lees meer
Rotterdam is echt zijn stad: Ahad Khan, accountmanager van regio Zuidwest, kwam als dertienjarige...
Lees meer